RadioVisie

  • .
    .

VRM geeft BNL derde deadline om te regulariseren

Rechtbank Brugge behandelt maandag het faillissement van BNL. 

Het jaar is bijna om, in de lokale radiowereld kan dit zeker het jaar van VBRO-BNL worden genoemd. Sedert Tweede Paasdag trok de overname van het VBRO-netwerk door BNL volop de aandacht, en dat is zo gebleven. De doorstart was zeker beloftevol, al waren er nog schoonheidsfoutjes weg te werken, zowel programmatorisch als zend-technisch. Tot de zomer leek dat goed te gaan, daarna begon er een geruchtenmolen op gang te komen.

Op 27 november 2020 stelde de Ondernemingsrechtbank een voorlopige bewindvoerder aan voor de huidige exploitant, BV BNL Radio. Eerder deze week bleek dat de VRM aan BNL nogmaals uitstel gaf, om zich in orde te stellen met de erkenningsvoorwaarden, en de technische vereisten. BNL zag daarin een nieuwe kans, er werd zelfs gesproken van ‘nieuwe hoop’.

Nakend faillissement voor BNL?

BNL dacht na het nieuwe uitstel van de VRM al aan een ‘herstructurering’ die hopelijk ‘beide partijen willen steunen’. Concreet zouden dat plannen zijn die de voorlopige bewindvoerder zou voorleggen aan de Ondernemingsrechtbank, met hoop op een akkoord. Dat zouden dan ook effectieve financiële plannen moeten zijn, want aanstaande maandag zou de rechtbank zich al uitspreken over een aanvraag tot faillissement.

In de recente beslissing van de VRM van 14 december 2020 (die pagina’s kan je in deze pdf-file terugvinden) verweerde BNL zich dat ‘een groot verlies aan inkomsten omwille van de coronacrisis, de uitzendproblemen zou verklaren’. BNL gaf in dat verweer ook aan dat ‘de geldproblemen van tijdelijke aard zouden zijn’. Dat klonk wel iets dramatischer in een artikel dat op 7 december verscheen, en waarin accountant Lauwereins sprak van een reeds bestaande schuldenberg van 1,2 miljoen euro in 2019, en daar bovenop de coronacrisis.

Ontwijkt de VRM zijn verantwoordelijkheid in dit dossier?

De recente uitspraak van de VRM is opmerkelijk, zeker het derde uitstel om de frequentie 106.7 MHz in Meerhout op te starten. Die frequentie moest uiterlijk op 1 januari 2019 in de lucht zijn. Meer dan een half jaar later (op 24 oktober 2019) werd door Familyradio klacht ingediend omdat dit niet het geval was. In het voorjaar van 2020 stelde de VRM BNL (VBRO) een eerste keer in gebreke, en gaf de omroep toen een eerste deadline tot 31 maart 2020, om zich in regel te stellen.

De vooropgestelde datum werd niet gehaald, en vlak na de zomer werd BNL een tweede keer in gebreke gesteld, en kreeg de omroep opnieuw een deadline om zich tegen 31 oktober 2020 in orde te stellen. Ook die datum werd niet gehaald. De zaak kwam dan opnieuw voor, en kreeg een toch wel heel bijzondere wending: de VRM stelde vast dat BNL illegaal uitzond vanop een niet-vergunde locatie, maar deelde daarvoor geen sanctie uit.

Dat was in het verleden wel eens anders, zo kreeg bijvoorbeeld Nostalgie in 2012 een boete van 4.500 euro, om niet uit te zenden op de juiste locatie. Dat is een groot contrast met BNL, dat zich al voor de derde keer mag regulariseren, tegen een bepaalde deadline. In feite had de omroep reeds op 1 januari 2019 in de ether moeten zijn (dus uiterlijk 1 jaar na het ingaan van de erkenning). Bijna twee jaar later is dat nog steeds niet het geval, en dat ondanks twee eerdere deadlines.

Zoiets is toch moeilijk uit te leggen aan de mensen van EKW-media, die een erkenning kregen op 30 maart 2018, die echter al binnen het jaar werd ingetrokken. Er was toen zelfs niet eens klacht ingediend door derden. VBRO-BNL zit met de nieuwe deadline al tien maanden in gebreke, en dit zonder de vereiste oplossing. Een ander voorbeeld is de vzw De Hoge Noot uit Rotselaar (erkenning voor Glabbeek 106.6 MHz), die zelfs binnen het jaar de erkenning zag ingetrokken worden, en dit zonder één dag uitstel.

Oude wijn in nieuwe zakken?

De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) is de opvolger van het Vlaams Commissariaat voor de Media (VCM). Destijds werd VCM opgedoekt omdat de erkenning van het landelijke 4FM vroegtijdig uitlekte, en er daardoor (met voorkennis) kon worden gespeculeerd op de aandelen van de moedermaatschappij. In principe is de VRM een onafhankelijk orgaan, tegen een beslissing ingaan kan echter enkel bij de Raad van State, een kostelijke procedure van lange duur.

Dreigt dan niet het gevaar dat de VRM zich kan ontwikkelen tot ‘politie, procureur, rechter én jury’ in één orgaan? Er zijn alleszins enorme tegenstellingen in gelijkaardige gevallen, de genomen beslissingen lijken eerder niet consequent te zijn, en vrij te zijn van werking van precedenten. De VRM is natuurlijk geen echte rechtbank. Is het echter normaal, dat een netwerk als BNL, dat helemaal niet in orde is, op zoveel geduld mag rekenen, terwijl een andere erkenning ambtshalve wordt ingetrokken?

De ‘onafhankelijkheid’ van de VRM kwam al eerder in opspraak. Begin 2018 bijvoorbeeld verklaarde toenmalig mediaminister Sven Gatz dat ‘de VRM niet zou optreden tegen omroepen, die tijdelijk zouden uitzenden, zonder rechtmatige vergunning(en)’. De minister was niet bevoegd om die uitspraak te doen namens de VRM, hij diende zich politiek buiten de onafhankelijkheid van de VRM te houden. Dergelijke voorvallen bevorderen echter de indruk dat er toch beïnvloeding zou kunnen zijn.

BNL voorlopig non-stop en op halve kracht

Ondertussen zendt het netwerk BNL non-stop uit op een paar overgebleven frequenties, en via internet. Dergelijke uitzendingen zijn uiteraard niet conform aan het aanvraagdossier, ze zijn ook formeel verboden. Wil de BV BNL Radio een kans maken om maandag in de rechtbank te overleven, dan zal zeer dringend moeten gezocht worden naar een kapitaalsinjectie. Zoiets is niet eenvoudig als men niet eens zeker is van de toekomst, want op 25 januari 2021 wordt de erkenning ook nog eens behandeld voor de Raad van State.

Het overleven van BNL is dan afhankelijk van veel meer dan een ‘herstructurering’. Aan het verkregen krediet van de VRM zal het alleszins niet liggen, van elke andere omroep zou immers – waarschijnlijk – al lang de erkenning ingetrokken zijn. Misschien moet men zich toch eens vragen gaan stellen bij de score 0, die BNL kreeg voor het financieel plan, bij de beoordeling voor de erkenning. De schulden, waar telkens weer naar gerefereerd wordt, waren er toen al. Men mag zich dan toch afvragen hoe een vennootschap, met zeer groot negatief eigen vermogen, een erkenning kon krijgen.

VBRO zelf komt hierin ook goed weg. Waarschijnlijk kunnen de fans in de regio Brugge vanaf volgend jaar weer naar een kleiner netwerk luisteren, omroepen die toch nog in handen zouden zijn van oud-beheerders van VBRO, zo wordt tenminste toch beweerd. Netwerk 2 daarentegen zou wel eens stil kunnen worden, mogelijk later opnieuw aanbesteed worden. Tenzij men de zak van de Kerstman nog zou vinden tegen maandag. (Victor Olsen)


Populair bij RadioVisie
Don`t copy text!