Leen Demaré, intussen alweer bijna vier jaar een radiogezicht bij (Play) Nostalgie, mocht gisteravond naast Ella Leyers zitten in De Ideale Wereld. In de Vlaamse mediawereld is niets wat het lijkt en achter de komst van Leen schuilt een complexe driehoeksverhouding tussen de VRT/Var, Mediahuis en Woestijnvis/Play Media (Telenet, dus). Een verhaal over de transparantie waar de modale burger nooit iets over verneemt.
Laat één ding vooraf duidelijk zijn: Leen Demaré is een gast die, wat mij betreft, zeker perfect past bij een scherp(er) tv-programma als ‘De Ideale Wereld’. Ze heeft een voldoende stoute bek, bakken vol métier én personality. Toevallig ook drie zaken die ze haar bij Play Nostalgie amper laten uitspelen, maar dat terzijde. Want de vraag die we hier moeten stellen is: waarom was ze dan zovele jaren ‘persona non grata’ voor DIW en mag ze nu plots wél?
Oei, was Leen dan ‘ongewenst’? Ach, ze zal wel nooit op een zwarte lijst hebben gestaan, maar haar naam lag tot voor kort alvast nooit in de trommel of schuif die moet doorgaan voor de longlist van potentiële gasten voor dit nog steeds heerlijke satirische tv-programma.
Zoals in elke talkshow wereldwijd loert bij de keuze van de gasten altijd wel ergens een ‘agenda’ om het hoekje. Als Koen Wauters, die vanwege zijn exclusiviteitscontract bij VTM aan strenge restricties gebonden is, hoogst uitzonderlijk toch eens te gast is in DIW, dan is het enkel omdat Clouseau op dat moment iets te promoten heeft. Je zal Koen bv. niet bij DIW zien zitten om te praten over een nieuw seizoen van The Voice. Zo is er voor haast elke gast wel een verhaal dat ’toevallig’ past bij de timing van zijn of haar verschijning in dit soort tv-shows. Het zijn programma’s die nu eenmaal leven bij de gratie van gezegdes als ‘geven en nemen’ en ‘leven en laten leven’.
‘Nummer tweeduizendzevenhonderdtweeënveertig’
Welk verhaal had Leen dan te ‘promoten’? Zoiets leer je gewoonlijk al in het inleidende gesprekje met de gast. Ook hier was dat zo, want het ging al snel over de nakende Top 3000 bij Play Nostalgie. DIW-gezicht Ella Leyers werd trouwens zelf ook ingehuurd om alle nummertjes van 3000 tot 1 in te lezen tot – wat wij in radiotermen kennen als – ‘sweepertjes’. Dat ‘nieuwsfeitje’ over Ella was trouwens – toevallig – alleen Het Nieuwsblad ’ter ore gekomen’. Het is een schnabbel als een andere, zou je denken, maar uitgerekend vandaag openen wel de stembussen voor die Top 3000. Dan is alle promotie welkom. Maar op televisie valt nooit iets zomaar uit de lucht. Zo ongeveer alles is ‘scripted’ en passeert eerst een klein handvol redactievergaderingen.
Maar waarom zou een VRT-programma (een beetje) aandacht besteden aan de Top 3000 van een commerciële concurrent? Dat is dan weer het verhaal van een complexe driehoeksrelatie. Als trouwe lezer van RadioVisie bent u ongetwijfeld mee met enkele nog relatief recente verschuivingen in het Vlaamse medialandschap. Zo nam Telenet (Play Media) vorig jaar een aandeel in Radio Nostalgie, wat per september trouwens leidde tot de naamwijziging naar Play Nostalgie. Hierdoor past het radiostation nu mee in het ruimere ‘Play’-verhaal. Toevallig wordt De Ideale Wereld gemaakt door het productiehuis Woestijnvis, dat intussen al enkele jaren volledig wordt gecontroleerd door Telenet. Dat laatste speelt hier zeker ook mee, maar het is (nog) niet het doorslaggevende argument om Leen op te voeren in DIW. Want dat zou de VRT niet zomaar pikken.
Er is namelijk nog een belangrijker aspect dat meespeelt in deze: (Play) Nostalgie en ook de andere radioproducten van Mediahuis werden per 1 januari weggehaald bij de reclameregie van DPG Media. Die laatste verkocht de nationale reclame voor de Mediahuis-radio’s sinds de overname van RTL Belgium en de daaraan gekoppelde reclameregie IP Radio. Mediahuis en Telenet beslisten vorige zomer om die regie niet in eigen beheer te nemen – wat nochtans perfect had gekund via hun eigen gezamenlijke reclamevehikel Ads & Data – maar die toe te vertrouwen aan de Var, de reclameregie van de VRT én in Vlaanderen de sterkste speler op gebied van radioreclame. Die zet zorgde voor grote verbijstering bij DPG Media, maar Vlaams mediaminister Benjamin Dalle maakte het mediaconcern van Christian Van Thillo al snel publiekelijk duidelijk dat ze ‘helemaal geen redenen hadden om te gaan zeuren‘.
De Var heeft dus sinds 1 januari ook een commerciële verantwoordelijkheid tegenover Play Nostalgie. Nu zal de VRT wel zeggen: hola mannekes, de Var is een aparte entiteit en heeft inhoudelijk geen enkele invloed op de VRT-programma’s en al zeker niet op de keuze van de gasten. Dat klopt uiteraard, er zal niemand van de Var naar Woestijnvis hebben gebeld om Leen aan te bevelen.
Omgekeerde logica
Maar dat soort logica werkt in de mediapraktijk veelal omgekeerd. Leen kwam jarenlang nooit in aanmerking voor DIW – ook niet toen ze voordien nog voor Joe werkte – omdat er intern bij de VRT altijd een (discreet) belet was tegenover haar verschijning. De mediagroepen hebben wel onderlinge afspraken over wederzijdse optredens van ‘exclusieve koppen’, maar ze gaan in normale omstandigheden onderling nooit promotie maken voor elkaars programma’s met – verontschuldig ons – ‘minder bekende koppen’ als Leen Demaré. Gelet op het reclamebelang van de Var bij Play Nostalgie is dat belet voor Leen nu weggevallen.
Geloof het of niet, maar al die facetten hebben dus op de ‘discrete achtergrond’ meegespeeld in het feit dat Leen Demaré plots wél ‘in aanmerking kwam’ voor een optreden in De Ideale Wereld. Leen is in deze eigenlijk niks meer dan een kleine speelbal in een groter geheel. Bij Woestijnvis en Mediahuis zullen ze onderling eerst zorgvuldig hebben afgetoetst wie ze als gezicht konden opvoeren voor DIW om Play Nostalgie en de Top 3000 een beetje te promoten en dan was het uiteraard logisch dat ze bij Leen uitkwamen.
Maar dat soort discrete achtergronden wordt u natuurlijk nooit verteld door de betrokkenen. In Vlaanderen wordt zoiets allemaal vakkundig onder de mat geveegd. We hebben de vragen in dit opiniestukje ook niet voorgelegd aan Woestijnvis, Mediahuis of de VRT, want er zou als antwoord toch alleen maar een schertsuitleg volgen. Zoiets als: “Leen is iemand die al decennia meedraait, met een stoute bek, bakken vol métier én personality en dus een perfecte gast voor DIW”. En zoals we in de inleiding al schreven: niks is minder waar. Van mij mag ze gerust nog terugkomen. Geen van de mediaspelers zal echter een plausibele uitleg hebben voor de vraag: waarom heeft het dan zo lang geduurd?
Disclaimer op Amerikaanse wijze
Ik schrijf dit stuk ook omdat er in Amerika intussen al een tijdje – in zeer vergelijkbare gevallen – een verplichte ‘disclaimer’ is voor dit soort informatie. Kijk maar eens naar de eerste minuut van dit clipje van enkele weken geleden waarin comedian John Stewart zijn comeback in ‘The Daily Show’ bij Comedy Central komt ‘bespreken’ in CBS Mornings. Zowel CBS als Comedy Central zijn onderdeel van de mediagroep Paramount Global en bij elke vorm van ‘promotionele kruisbestuiving’ moet dat soort info dan verplicht worden meegedeeld. Wat hier ook gebeurt. Het passeert als info weliswaar op een drafje, amper een weetje in een bijzin. Maar er is tenminste transparantie. Die disclaimerplicht is in de VS trouwens redelijk verregaand, maar in de Amerikaanse media zijn ze intussen al ontzettend goed geoefend daarin. Alles went.
De kans lijkt me echter heel erg klein dat het in Vlaanderen ooit komt tot een vergelijkbare disclaimer. Stel je voor dat ze bij DPG Media morgen bij elke vorm van ‘interne promotionele kruisbestuiving’ op hun tv- of radiozenders, kranten en boekjes zo’n verplichte vermelding moeten brengen. Dan hebben ze daar haast niks anders meer te doen. Maar bij ingewikkelde driehoeksverhoudingen als Mediahuis, VRT en Telenet ligt de zaak, wat mij betreft, toch wat gevoeliger en mag er best wat meer transparantie worden ingebouwd. Al zal het mij eerder benieuwen hoe Ella Leyers dit soort commerciële driehoeksrelatie zal weten te verstoppen in één bijzinnetje.
Tot slot nog deze bedenking: in Vlaanderen geldt sinds een tijdje een verplichting voor influencers om reclame op sociale media als dusdanig aan te merken, zelfs al gaat het om ‘commerciële vriendendiensten’. Ook het optreden van Demaré in DIW moet je – niet meer of niet minder – beschouwen als een ‘commerciële vriendendienst’. Die je dan ook als dusdanig zou moeten aanmerken. Of gelden er voor kleine garnalen als influencers weer andere normen dan voor de grote mediaspelers? (RDS)
Topanalyse @radiovisie.