Er komt toch nog geen ‘omroepmodel’ voor de DAB+ mux 11A in 2024, maar pas (ten vroegste) vanaf 2028 en mogelijk pas vanaf 2031. Dat blijkt uit de documenten bij de twee ontwerpbesluiten die minister Dalle vrijdag in dit dossier voorlegde aan de regering. Het operatormodel voor deze mux wordt verlengd tot 31 december 2027, waarmee Dalle gewoon een vrijkaart lijkt te geven aan Norkring.
RadioVisie bracht op 18 mei al een uitgebreid stuk over de nog onzekere toekomst van mux 11A, de belangrijkste van de twee landelijke commerciële muxen in Vlaanderen. Minister van Media Benjamin Dalle liet in zijn antwoord op een vraag van Vlaams parlementslid Filip Brusselmans (Vlaams Belang) nog niet veel in zijn kaarten kijken, maar gaf wel aan de intentie te hebben om af te stappen van het bestaande netwerkoperator-model ten voordele van een omroepmodel.
In 2021 werd om die reden al een wijziging van een Vlaams regeringsbesluit uit 2008 goedgekeurd, waarbij Norkring, die in 2009 de licentie voor de mux 11A kreeg voor 15 jaar, die licentie in 2024 niet nog eens voor vijftien jaar eenzijdig zou kunnen verlengen. Die optie was oorspronkelijk wel voorzien in het regeringsbesluit in 2008.
Het is nuttig om in dat verband even in de toelichtingen te duiken bij het wijzigingsbesluit uit 2021.
“Het bestaande systeem kent licenties toe aan een netwerkoperator die vervolgens zelf bepaalt welke radio-omroeporganisaties deze netwerkoperator verspreidt. Concreet houdt dit in dat de overheid aan deze radio-omroeporganisaties geen voorwaarden kan opleggen inzake programmatie, aandeelhoudersstructuur, nieuws- of regioberichtgeving, kwaliteits- en diversiteitsstandaarden, technische uitrol naar dekking, financiële planning of businessplanning en dergelijke meer, gezien deze omroepen – conform art. 147 tot en met 149 van het mediadecreet – ‘andere radio-omroeporganisaties’ zijn die enkel een kennisgeving moeten doen aan de Vlaamse Regulator voor de Media.”
“Gezien zowel het mediadecreet, maar ook de principes van het Europees wetboek voor elektronische communicatie bepalen dat de kwalitatieve inhoudelijke voorwaarden voor erkenning zoals hierboven enkel kunnen verbonden worden aan het toekennen van gebruiksrechten op frequenties – zoals vandaag het geval is bijvoorbeeld met het kader rond FM-frequentietoekenning – werkt de Vlaamse Regering aan een wijziging van het huidige model.”
“Om het nieuwe systeem uit te kunnen rollen in de toekomst is het noodzakelijk om de mogelijkheid tot verlenging, die voorzien wordt in artikel 17 van voornoemd besluit, niet langer toe te staan voor licenties die uitgereikt worden voor het aanbieden van een radio-omroepnetwerk. Dit betekent dat de licenties, toegekend door de Vlaamse Regulator voor de Media voor radio-omroepnetwerken, niet langer verlengd kunnen worden.”
Nieuwe procedure opnieuw volgens operator-model
Aangezien de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) de licentie voor de mux 11A aan Norkring uitreikte op 22 juni 2009, loopt die dus definitief af op 21 juni 2024. Nu blijkt echter dat Dalle helemaal geen plannen heeft om al in 2024 over te stappen op een omroepmodel. De nieuwe vergelijkende toets zal nog één keer verlopen volgens het ‘oude’ operator-model. Dalle baseert zich hiervoor op drie argumenten.
“Het is noodzakelijk om te evolueren van een netwerkoperatormodel naar een omroepmodel. In het netwerkoperatormodel worden licenties toegekend aan een netwerkoperator die vervolgens zelf bepaalt welke radio-omroeporganisaties verspreid worden en tegen welke prijs. Dit betekent dat de overheid aan deze radio-omroeporganisaties geen voorwaarden kan opleggen inzake programmatie, aandeelhoudersstructuur, nieuws- of regioberichtgeving, kwaliteits- en diversiteitsstandaarden, technische uitrol naar dekking, financiële planning of businessplanning, enz., wat wel het geval is bij het toekennen van FM-erkenningen. Om in de toekomst onder meer kwalitatieve inhoudelijke voorwaarden te kunnen opleggen aan radio-omroeporganisaties die aanwezig zijn op DAB+ moet het omroepmodel uitgewerkt worden.”
“De organisatie van een vergelijkende toets is conform de principes van het Europees Wetboek inzake Elektronische Communicatie dat vereist dat de procedures om gebruiksrechten op frequenties toe te kennen onder meer transparant, objectief en niet-discriminerend moeten zijn.”
“Vandaag moeten de landelijke radio-omroeporganisaties ook hun omroepprogramma waarvoor een erkenning werd verleend, doorgeven op DAB+. De erkenningen van de landelijke radioomroeporganisaties lopen tot 31 december 2027. Wil men evolueren naar het nieuwe omroepmodel, dan is het belangrijk dat de licentie die toegekend zal worden op basis van de nieuwe vergelijkende toetst ook afloopt op dat moment. Op dat moment zal een model (moeten) klaarstaan waarbij de DAB+ gebruiksrechten rechtstreeks toegekend worden aan de omroeporganisaties.”
Vooral dat laatste zinnetje zegt alles. Zoals we zelf al uitgebreid stelden zijn er nog ontzettend veel open vragen bij dat toekomstige omroepmodel. Nu blijkt dus dat minister Dalle nooit van plan was om zich daarover druk te maken.
Een aap en een adder
Hierbij komt dus ook de aap uit de mouw: de nieuwe licentie – volgens het operator-model, voor alle duidelijkheid – is er eentje voor slechts 3,5 jaar. Voor potentiële concurrenten van Norkring – en in tegenstelling tot in 2008-2009 zijn die er vandaag wél – wordt dat een erg delicate kwestie. Want hoe kun je boekhoudkundig de investering uitleggen voor een volledig nieuw op te richten netwerk, als je slechts een licentie kan winnen voor 3,5 jaar? Alleen al de aankoop van materiaal (zenders en alle toebehoren) loopt al gauw in de enkele miljoenen euro’s. Dat soort materiaal heeft bovendien een levensduur van een jaar of tien en kun je dus nooit afschrijven op 3,5 jaar.
Bovendien rijst de vraag in hoeverre die 3,5 jaar conform is met een andere Europese richtlijn die de regering hoort te volgen. Die zegt dat als je frequenties ter beschikking stelt dit tenminste voor een periode moet zijn waarin je de investering kunt terug verdienen. Dat is gewoon onmogelijk op die termijn.
Een tweede adder onder het gras houdt verband met de gelijkschakeling van de nieuwe 11A-licentie met de landelijke commerciële FM-licenties. Die laatste lopen dan wel officieel af op 31 december 2027, maar er staat in dat besluit ook nog een niet onbelangrijk achterpoortje open: een “maximaal eenmalige” verlenging van drie jaar, dus tot 31 december 2030. Gaat dat FM-achterpoortje dan ook gelden voor de winnaar van de nieuwe licentie van 11A? Logischerwijze is het antwoord ja, maar dan maakt het dat voor de potentiële competitie boekhoudkundig nog complexer. Als investeerder in een nieuw netwerk krijg je in 2024 immers nog geen enkele garantie op die eventuele verlenging.
Kortom, Norkring kreeg in 2021 dan wel een vrijkaart voor nog eens vijftien jaar door de neus geboord, maar het heeft er plots alle schijn van dat ze nu alsnog een vrijkaart cadeau krijgen voor 6,5 jaar. De vraag is immers wie, behalve Norkring, zich onder deze onzekere voorwaarden kandidaat zal willen stellen voor de exploitatie van het netwerk voor de mux 11A. Voor Norkring is die 3,5 jaar – of in het beste scenario 6,5 jaar – ’toevallig’ ook min of meer de resterende levensduur van hun bestaande materiaal van mux 11A. Vrijwel geen enkele potentiële uitdager zal daar financieel tegenop kunnen.
Wachten op vergelijkende toets
Voor de duidelijkheid: er is momenteel nog niets inhoudelijk beslist over de vergelijkende toets die zal volgen voor de nieuwe digitale licentie. De twee regeringsbesluiten van vrijdag geven enkel een vormelijke aanzet tot die procedure. Het eerste betreft het vrijgeven van de licentie, het tweede gaat over een procedurewijziging. Het is dus uiteraard voorbarig om al te gaan beweren dat ook die toets op maat van Norkring zal zijn. Maar het gevaar is zeker niet ondenkbeeldig.
In dat verband is het interessant om even terug te blikken op de toekenning van de licentie van de tweede commerciële mux (5A/5D) in het najaar van 2018. Toen waren er ook al drie kandidaten, maar moesten het Nederlandse Broadcast Partners en het Belgische TVV Sound nog het onderspit delven tegenover Norkring. Wat er daarbij vooral speelde, dat kun je hier terugvinden.
Vandaag liggen de kaarten al wat anders, zowel voor Broadcast Partners als TVV Sound. Beiden zouden zich niet zomaar meer laten aftroeven in bepaalde selectiecriteria, in de eerste plaats omdat ze bij een eventuele kandidatuur intussen veel meer kwaliteitsgaranties kunnen bieden dan vijf jaar geleden.
Broadcast Partners zou een eventueel netwerk voor 11A zelfs zomaar kunnen spiegelen aan de VRT-mux op 12A, waarvan ze de operator is sinds 2019. Kwalitatief en technisch zou dergelijk netwerk zeker superieur zijn aan het bestaande netwerk van Norkring op 11A, maar je moet ook kijken naar het potentieel prijskaartje dat er tegenover staat voor de deelnemende radiostations, de dagdagelijkse huurders. Bij de vergelijkende toets zullen wellicht ook elementen als prijszetting en misschien wel adelbrieven van de bestaande gebruikers meespelen.
Charmeoffensief
Voorlopige slotsom: het wordt voor RadioVisie alweer een boeiend dossiertje om volgen. Omdat we Benjamin Dalle intussen een beetje kennen – en hem vooral niet onderschatten – mag je er donder op zeggen dat hij de bestaande spelers op de mux 11A in dit dossier niet tegen de haren zal instrijken.
Dus als die spelers – met op kop uiteraard weer DPG Media en Mediahuis – het onderling op een (politiek) akkoordje gooien dat het Norkring moet blijven, dan zàl het Norkring blijven. De potentiële competitie, indien die het nog de moeite vindt, begint dus best eerst met een charmeoffensief bij de bestaande gebruikers van 11A, want alleen daar zullen uiteindelijk de beslissende punten te rapen vallen. (RDS)
Het artikel is wel heel erg geschreven uit het oogpunt van: het kan alleen maar Norkring worden.
Broadcast partners heeft ook meer dan voldoende mogelijkheden om een aanbod te doen dat concurrentieel is.
De uitleg over de te korte levensduur gaat voor Broadcast Partners namelijk helemaal niet op, want zij hebben al een werkend netwerk, waarin eigenlijk alleen op elke lokatie een extra zender moet geïnstalleerd worden samen met een aangepaste filter.
Als Broadcast Partners na 3,5 jaar het contract niet verlengd zou krijgen, zijn die zenders al zeker niet “verloren” en kunnen die perfect hergebruikt worden voor hun andere klanten/netwerken.
Voor TVV Sound liggen de kaarten uiteraard anders, maar het zou mij helemaal niet verbazen mocht Broadcast Partners door de omroepen als operator gekozen wordt. Het kan uiteraard ook Norkring zijn, dus de concurrentie zal wel spelen.
Die 3,5 jaar is inderdaad minder onoverkomelijk voor BP, gezien hun schaalgrootte. Maar ze gaan zich nooit in deze strijd werpen als ze niet vooraf de zegen krijgen van (minstens de belangrijkste) spelers die momenteel gebruik maken van 11A. Hooguit speelt die 3,5 jaar mede in het voordeel van BP omdat ze dan weten dat er behalve Norkring geen andere kandidaten zullen zijn.
Maar bij het omroepmodel vermoed ik toch dat de omroepen eerst de erkenning krijgen en dat zij dan X-tijd hebben om in onderling overleg een operator te zoeken?
Het wordt bijgevolg pas actueel als alle erkende omroepen gekend zijn.
Zo is dat, ja. Ook de lokale radio’s mochten volgens dat systeem werken in het kader van de proefmuxen. Om 11A nu al volgens het omroepmodel te organiseren ging er sowieso te weinig tijd zijn. Dat zou een enorme race tegen de tijd geweest zijn. Het lukte nooit om op 22 juni 2024 hiermee klaar te zijn: (1) de erkenningsronde organiseren, (2) de erkende stations een termijn gunnen om een operator te contracteren en (3) een termijn om het netwerk uit te rollen. Voor de volledige procedure moet je in deze minstens 18 maanden van tevoren beginnen. Je kunt dus nu al voorspellen dat, als ze er begin 2026 niet aan beginnen, er eind 2027 gewoon weer een verlenging zal komen.