Na de Amerikaanse Senaat heeft nu ook het Huis van Afgevaardigden afgelopen nacht, met 216 tegen 213 stemmen, het verzoek van president Trump goedgekeurd om de al eerder toegezegde 1,1 miljard dollar voor de Corporation for Public Broadcasting (CPB, die NPR en PBS financiert) weer in te trekken.
Sommige Republikeinen in het Huis maakten bezwaren over het inleveren van de constitutionele zeggenschap van het Congres over overheidsuitgaven, maar ze keurden het plan toch goed.
NPR zelf – als distributie- en productieorganisatie – ontvangt vrijwel niets van de federale overheid. De nu geschrapte federale steun gaat immers rechtstreeks naar de zowat duizend lokale stations, allemaal zelfstandige non-profits die zijn aangesloten bij de NPR. Zij krijgen jaarlijks samen zo’n 75 tot 80 miljoen dollar (15 tot 17 procent van het CPB-budget).
NPR haalt op zijn beurt een kleine 40 procent van zijn jaarlijks budget van 350 miljoen dollar uit die lokale stations, via lidgelden en de verkoop van centrale programma’s.
Het gemiddelde werkingsbudget per lokaal station ligt rond 2,5 miljoen dollar, maar er zijn onderling zeer grote verschillen, van 500.000 dollar in rurale gebieden tot enkele tientallen miljoenen dollars in de grootste steden.
Voor alle lokale stations samen is die federale steun goed voor gemiddeld drie tot vier procent van hun budget. Strikt genomen is dat dus niet echt onoverkomelijk, al zijn het in de praktijk vooral de kleinere, kwetsbare landelijke stations die soms tot 50 procent van hun inkomsten uit die federale steun via CPB halen. Niet zelden zijn dat ook net de stations die in hun regio nog de enige open en onafhankelijke bron van lokale informatie zijn.
De PBS-televisiestations zien nu jaarlijks zo’n 250 tot 270 miljoen dollar door de neus geboord. Daarnaast steunt de CPB ook Native stations, educatieve projecten en tal van kleinschalige radio’s en andere netwerken.
Pbs, in het uk pakket op 28°,
https://www.lyngsat.com/Astra-2E-2F-2G.html