De VRT-top mocht gisteren in de mediacommissie van het Vlaams parlement zijn jaarlijkse show ‘window dressing’ opvoeren, met de voorstelling van het jaarverslag van 2022. Over de VRT-radio werden (alweer) amper vragen gesteld.
Voor RadioVisie was het jaarverslag vroeger dé kans om eens wat dieper in de (financiële) radiocijfers van de openbare omroep te duiken. Maar daar blijft niet zo veel meer van over. Zo maakt de VRT sinds vorig jaar in haar jaarboek in de verste verte geen gewag meer van cijfers specifiek uit de radioreclame. Ook de Var, het eigen reclamevehikel van de VRT (een aparte NV) geeft die cijfers niet vrij. Voorheen kon je die reclamecijfers in het VRT-jaarverslag nog ieder jaar terugvinden, bovendien mooi opgedeeld naar inkomsten per radiostation.
Het enige bedrag dat nu nog openbaar wordt gedeeld is het totaal van de ‘inkomsten uit boodschappen van algemeen nut en commerciële communicatie’ (alle VRT-media samen), goed voor 80,1 miljoen euro in 2022. Dat is 2,1 miljoen euro meer dan in 2021, maar blijft keurig binnen het afgesproken plafond dat voor 2022 werd begrensd op 85,3 miljoen euro. Daarnaast haalde VRT-radio – dat kunnen ze dan blijkbaar wél specifiek onderverdelen – vorig jaar 2 miljoen euro inkomsten uit samenwerkingen, een half miljoen euro minder dan in 2021.
Radio blijft binnen het VRT-aanbod ook de belangrijkste speeltuin voor ruilovereenkomsten tussen de mediagroepen. Ruildeals voor de radio waren vorig jaar goed voor een waarde van 10,7 miljoen euro, waar dat in 2021 op 6,3 miljoen euro lag. Maar dat is in feite louter een boekhoudkundig bedrag. Als u zich afvraagt hoeveel DPG Media betaalt voor al die geweldige Humo-spotjes op Radio 1 of Studio Brussel? Het antwoord is nul euro, want de VRT plaatst in ruil gewoon zelf reclame in de publicaties van DPG Media.
Opmerkelijk is dat de kostprijs van het VRT-radioaanbod op twee jaar tijd flink afslankt. In 2020 was radio als geheel nog goed voor een kost van 86,5 miljoen euro, in 2022 valt dit terug naar 75,2 miljoen euro. Al is dat subjectiever dan het lijkt. Het is in feite enkel Radio 1 dat fors terugvalt (van 22,9 miljoen euro naar 12,3 miljoen euro), omdat veel kosten die vroeger nog structureel door Radio 1 werden gedragen nu eerder worden ondergebracht bij VRT NWS en Sporza. Bij Studio Brussel en MNM gingen de kosten licht omhoog, bij Radio2 en Klara gingen ze licht omlaag.
Grosso modo – want de VRT dwingt ons zelf tot wat nattevingerwerk – kun je stellen dat 60 tot 65 procent van het totale kostenplaatje van de radiopoot van de VRT wordt gedekt door (betaalde) reclame-inkomsten. Bij Studio Brussel en MNM situeert die zelfbedruiping uit reclame zich normaal gezien zelfs ergens tussen 85 en 90 procent, de ruildeals (waar in feite vooral de tv van profiteert) niet meegeteld. Maar dat zijn dus cijfers waar u officieel mag naar fluiten. Jammer, maar helaas.
De leukste grap gisteren was ongetwijfeld dat de VRT al om 15.21 uur een persbericht rondstuurde waarin onder meer gesteld werd dat “gedelegeerd bestuurder Frederik Delaplace tijdens de zitting van de mediacommissie ook antwoordde op de bezorgdheden over Radio2”. Met daarbij een flink citaat dat “vernieuwing als die van Radio 2 tijd vraagt” en “luisteraars hieraan moeten wennen”, etc.
Waarom dat grappig is? Omdat om 15.21 uur Katia Segers nog maar net als eerste volksvertegenwoordiger het woord had genomen in de vragenronde. Bovendien heeft Delaplace zijn voorbereid citaat over het Radio2-debacle tijdens de commissie niet eens moeten bovenhalen, want niemand stelde er een specifieke vraag over. (RDS)
- Het jaarverslag van 2022 kun je hier downloaden. De integrale commissievergadering kun je hieronder herbekijken.