RadioVisie

  • .
    .

2006: Centraal stuurt open brief naar Geert Bourgeois

Na de commotie die ontstaan is naar aanleiding van de schorsing van 146 frequenties door de Raad van State en de discussies over de openbare omroep, houdt het Antwerpse Radio Centraal een pleidooi voor de niet-commerciële lokale radio.

Radio Centraal heeft daarvoor een open brief gezonden aan de Vlaamse minister voor media Geert Bourgeois en naar diverse politici die van nabij betrokken zijn bij de media of bekend staan als specialisten op dit terrein.

Hoewel hiermee nog lang niet alles gezegd is, is het een erg lange brief geworden.

Aan de Heer Geert Bourgeois

Vlaams Minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme

1000 Brussel

Antwerpen, 25 januari 2006

Geachte Heer Minister,

Betreft: frequentieplan lokale radio’s

De bitsige reacties van de commerciële zenders op de dotatie en de plannen van de openbare omroep VRT en de commotie die is ontstaan naar aanleiding van de schorsing door de Raad van State van 146 frequenties van lokale radio’s, zijn een goede aanleiding om een ander, niet onbelangrijk, probleem onder uw aandacht te brengen.

Radio Centraal Antwerpen is één van de nauwelijks nog bestaande echt niet-commerciële radio’s in België met een sterke verankering in de lokale socio – culturele gemeenschap. Al meer dan 25 jaar trekt de radio met zijn ruim 150 medewerkers aan de kar. Niet onbelangrijk in de context van de commercialisering van de media is dat dit al 25 jaar gebeurt zonder dat er ook maar de minste reclame wordt uitgezonden: Radio Centraal voelt zich allerminst geroepen om commerciële belangen te verdedigen of om te dienen als doorgeefluik van commerciële boodschappen. In de bijgevoegde brochure kan u vinden waar Radio Centraal onder meer voor staat. U zult merken dat Radio Centraal een volwaardig en vooral aanvullend alternatief is voor de openbare omroep.

Daarom is het zo jammer dat in de opeenvolgende erkenningsrondes van lokale radios geen of nauwelijks rekening werd gehouden met de inhoudelijke aspecten van het medium of met de manier waarop er met het medium wordt omgegaan. Voorschriften in verband met ‘stationcalls’ en het aantal nieuwsuitzendingen (die vaak alleen maar voorgelezen telexen of berichten bevatten die door agentschappen worden aangeleverd), kunnen bezwaarlijk als inhoudelijke aspecten beschouwd worden.

Dat anderzijds de technische aspecten even zwaar doorwogen in de beoordeling van een dossier is volgens ons op het lijf van de commerciële netwerken geschreven. Het blijft vreemd dat de technische aspecten zo zwaar doorwogen omdat geen enkele zender mag uitzenden met apparatuur die niet door de bevoegde diensten is goedgekeurd.

De wetgeving en de erkenningsvoorschriften rond lokale radio’s hebben er dan ook voor gezorgd dat in de meeste gevallen commerciële en kapitaalkrachtige concerns met nauwelijks of helemaal géén binding met de lokale gemeenschap de interessantste en meestal ook nog eens de frequenties met de hoogste vermogens binnenhaalden. Heel vaak werden de afgeleverde vergunningen het voorwerp van lucratieve verhandeling.

Zo kreeg in Antwerpen Crooze FM, behorend tot de Amerikaanse groep Emmis, een frequentie toegewezen met een vermogen van 1995 W. De vergunning was voordien gewoon overgekocht van een vroegere (commerciële) lokale radio en bij de jongste erkenningsronde kreeg de uit het niets opgedoken radio een zeer goede quotering voor zijn inplanting in de plaatselijke gemeenschap.

Radio’s op de rand van het faillissement verkopen hun vergunning gewoon door, terwijl het logischer zou zijn dat de frequentie weer vrijkomt, zodat iedereen opnieuw kan meedingen naar de openvallende frequentie. Radio Antigoon is er een sprekend voorbeeld van. Nog een andere Antwerpse radio kocht de vergunning van een kleine lokale radio met een zeer beperkt zendvermogen en kon van in de aanvang plots met een veel hoger vermogen dan op dat ogenblik voor de lokale radio’s gangbaar was, gaan uitzenden. Ondertussen is diezelfde radio toegetreden tot het Contact-netwerk. Het zijn slechts drie voorbeelden uit de tientallen. U kunt trouwens heel eenvoudig zelf nagaan hoe weinig echt onafhankelijke radio’s er zijn overgebleven uit de beginperiode en vooral hoe weinig er zijn bijgekomen.

Bovendien hebben verschillende voorstellen van diverse politici er ook nog voor gezorgd dat in een eerste fase ketenvorming mogelijk werd en in een volgende fase werd de samenwerking die daardoor ontstaan zou zijn, gemakkelijker gemaakt. Dit zogenaamd om de leefbaarheid te verhogen. Het heeft – en het was voorspelbaar – alleen maar meer van hetzelfde opgeleverd.

De situatie op het terrein (zoals dat dan heet) is er dan ook naar: computerradio’s waar nog nauwelijks de tussenkomst van mensen vereist is, allemaal vissend in dezelfde vijver van reclame en commerciële muziek, waar het afsluiten van publiciteitscontracten de belangrijkste inspanning lijkt die deze zendgemachtigden leveren, hebben radio’s gecreëerd die onderling verwisselbaar zijn en die elkaar naar het leven staan.

De 2 ‘nationale’ commerciële radio’s Q-Music en 4FM kregen een kleinere kloon in de provincieradio’s (Antwerpen 1 bvb. voor de provincie Antwerpen). De zogenaamde agglomeratieradio’s (mét hogere vermogens) waren al evenzeer klonen van hun commerciële grotere broers en zenders als VRT’s Donna. Dat komt onder meer duidelijk naar voren uit de recentste bekendmaking van de luistercijfers. Dan leest men in de krant: “Q-Music springt over Donna”.

De radio, zo blijkt, is een populair medium. Maar het klonen’ van zenders heeft een niet te stuiten verschraling in het leven geroepen. Een verschraling die men merkt als men de frequentieband afloopt: tientallen onderling verwisselbare zenders met meestal een goed tot uitstekend zendcomfort. Die verschraling leidt op zijn beurt tot debilisering: nieuwe muziek valt er niet te ontdekken, van creatief omgaan met het medium radio heeft men blijkbaar nog nooit gehoord.

Bij de toekenning van de frequenties zijn de aanvullende, creatieve, innoverende en explorerende aspecten van radio totaal genegeerd, met de al genoemde verschraling tot gevolg. Het blijft een raadsel waarom (tot nu toe in alle erkenningsrondes) interessante projecten van groepen die een visie hebben en die zelf hun eigen dossier samenstellen uit de boot vallen.

We denken daarbij onder meer aan radio Progres uit Sint-Niklaas die naast een vergunning greep, maar waarvan de betrokkenen toch blijven mobiliseren en allerlei activiteiten blijven organiseren. Door de overvloed aan vergunde commerciële stations en -ketens, blijft er geen plaats over voor nieuwe, vernieuwende, interessante projecten en doelgroepenradio, waarbij we – niet limitatief – denken aan universiteitsradio’s, radio’s voor migranten, radio’s ingeplant in het verenigingsleven, voor senioren, enzovoorts, en zo verder. Zo veel gemiste kansen… Alle diversiteit is uit het medium radio verdwenen.

De laatste erkenningsronde waarvan het resultaat op 27 mei 2004 hoorbaar werd op de frequentieband, heeft de genoemde problemen nog verergerd. Door voor het eerst een bepaald vermogen aan een bepaalde frequentie én een bepaalde geografische plaats te koppelen, is voor heel wat lokale radios overleven zo goed als onmogelijk geworden. Ofwel moesten zij zware financiële inspanningen leveren om op de voorziene plaats te gaan uitzenden, ofwel moesten zij zich tevreden stellen met een veel lager vermogen dan het toch al lage vermogen dat hun eerst was toegekend, wat meteen ook hun inkomsten uit publiciteit sterk deed verminderen.

Hoe radio ook kan, bewijst Radio Centraal al 25 jaar. Het feit dat bepaalde projecten de steun genieten van én gewaardeerd worden door de stad Antwerpen en het feit dat we de afgelopen drie jaar door de Koning Boudewijnstichting als vrijwilligersorganisatie een prijs kregen in hun wedstrijd Vrijwilliger gezocht’ én een prijs voor innoverende, creatieve projecten in de grootstad, die een bijdrage leveren voor het gelijkekansenbeleid (een reeks programma’s met als titel: Met onze kroeg de lucht in’), spreekt in dit verband boekdelen.

Maar in de jongste erkenningsronde werd de radio voor zijn 25 jaar vrijwillige inzet en dienst aan de gemeenschap beloond’ met een vermogen van 14 Watt. U leest het goed: veertien (14) Watt! In de agglomeratie Antwerpen! Goed voor 45 Watt uitgestraald vermogen en minder dan de helft van het vermogen dat we zouden hebben als we niet uitzonden van op de plaats waar we dat al ruim 23 jaar doen.

Het ‘probleem’ is dat Radio Centraal gevestigd is aan de Ernest Van Dijckkaai 21, waar hij een deel van het pand in eigendom heeft en waar de studio’s en zendinstallaties zijn ondergebracht. Om helemaal aan de zendvergunning te voldoen en om dus op een vermogen van 34 Watt (100 Watt uitgestraald vermogen) te mogen uitzenden, zouden wij verplicht zijn om te gaan uitzenden aan de Boterlaarbaan in Deurne, ongeveer 5 km van onze huidige locatie.

Het zou ons opzadelen met een heleboel extra kosten. De huur van de antenne – op privé-grond – alleen al zou 625 euro per maand kosten. Dat is letterlijk weggegooid geld dat we liever aan verbeteringen van onze infrastructuur en onze uitzendingen willen besteden. Nog afgezien van het feit dat een dergelijk laag vermogen voor een radio als Centraal volstrekt belachelijk is. En tussen haakjes: voor heel wat kleinere’ lokale radio’s stelt zich hetzelfde probleem: zij worden immers ook geconfronteerd met heel wat extra structurele kosten. Ook voor hen letterlijk weggegooid geld.

Wij zouden het dan ook bijzonder op prijs stellen indien u, in het licht van de huidige problemen met het frequentieplan, rekening zou houden met onze verzuchtingen. Het kan toch niet zo moeilijk zijn om eindelijk, na 25 jaar, ook eens goede mogelijkheden te creëren voor de enkele radio’s die een andere aanpak voorstaan, die niet commercieel zijn, maar die het belangrijk vinden om de gemeenschap waarin ze opereren te confronteren met een totaal andere kijk op de maatschappij waarvan we allemaal deel uitmaken.

Subsidies vragen we niet. Wél een beheersing van de kosten (Sabam en de billijke vergoeding bvb.), een storingsvrije frequentie en een voldoende hoog vermogen om het ‘werk’ dat met veel enthousiasme en inzet door de meer dan 150 medewerkers al meer dan 25 jaar wordt verzet, op dezelfde manier te blijven voortzetten.

Wij danken u alvast van harte voor Uw inzet en wij hopen op een positief signaal van Uw kant.

Met de meeste hoogachting,

(getekend) Roger Van Loon

Penningmeester

In opdracht van Radio Centraal vzw

Peter De Ceulaer

Voorzitter

Daniël Renders

Secretaris


Populair bij RadioVisie
Don`t copy text!