The sound van Herb Alpert in de Katholieke Kerk?
Ik ga nog eens terug naar 1967. Een jaar met veel trieste momenten in de maand augustus van dat jaar. In Groot-Brittannië werd toen immers The Marine Broadcasting Offences Act van kracht waardoor het officieel verboden werd betrokken te zijn bij het meewerken, in de breedste zin van het woord, aan een zeezender opererend in internationale wateren voor de Britse kusten. Al wil ik het gewoon hierbij laten wat dit deel van de radiogeschiedenis betreft.
Er gebeurde namelijk nog veel meer in dat jaar. Op de Nederlandse publieke radio werd meer en meer aandacht besteed aan bands die ook via de zeezenders veelvuldig werden geplugd. ‘Herb Alpert and his Tijuana Brass’ was er daar een van. Op de maandagochtend was via Hilversum 3 het NCRV-programma ‘Pop Station’ tussen 10:00 en 12:00 uur te beluisteren. Een productie van Skip Voogt, die ook publiceerde in muziektijdschriften en teksten schreef voor elpee-hoezen. Hij bereidde de luisteraars de laatste week van oktober 1967 voor op een special van Herb Alpert.
“We gaan het in het programma hebben over een sound die tot stand komt door een nauwe samenwerking tussen artiest, platenproducer en technicus. Want dat de meeste geluiden die de lichte muziek anno 1967 beheersen, een product zijn die zonder de moderne geluidstechniek onmogelijk waren, daarover is iedereen het wel eens.” Skip Voogd was het ook duidelijk geworden dat het recht toe recht aan opnemen van een nummer, vaak in één enkele take, tot het verleden behoorde en dat de nieuwe pophelden vaak maanden doorbrachten in de opnamestudio’s om de diverse elpeetracks, stukje bij stukje op te nemen.
Er was meer dan de sound van Herb
In ‘Pop Station’ van 30 oktober 1967 werd er dus aandacht geschonken aan onder meer de sound van Herb Alpert. Voogd andermaal: “Bij een nauwkeurig onderhouden van de Herb Alpert sound komen we tot de conclusie dat hij handig gebruik heeft gemaakt van beat, dixieland en Mexicaanse muziek. Vooral de Amerikaanse trompetten, waarmee Alpert werkt, op een vinnig swingend ritme, hebben iets pakkends. Het is iets ongewoon meeslepend. Deze mariachi sound gebruikt Alpert niet alleen voor eigen repertoire maar ook bij bewerkingen van evergreens.”
Het was trouwens niet de enige sound die in deze aflevering van ’Pop Station’ werd behandeld, ook die van Sergio Mendes and Brasil 66, de Baja Marinda Band, en de Duitse sounds van James Last en Paul Nero werden door Skip Voogd belicht. Presentatie destijds was in handen van Gert, Antoinette van Brink en Peter Blom.
Acht meter straat werd ingewijd
Muziek is er uiteraard overal, ook 53 jaar geleden. Ikzelf, katholiek opgevoed, zag de kerk vaak van binnen. Ik durf zelfs te stellen dat dit veel te vaak het geval was, waardoor deze overvloed uiteindelijk een einde maakte aan de bezoeken en het geloof. Ik herinner me nog echt goed dat omstreeks 1967 steeds minder misvieringen op de vertrouwde Latijnse manier werden voorgedragen. Binnen de kerkgemeente van de Sint Franciscus kerk in Groningen waren er zowel voor- als tegenstanders van de invoering van de Nederlandstalige liturgie.
Koorleider en organist Sietse Koopmans (foto onder – uiterst links), afkomstig uit het gehucht Weitgaard, achter Leeuwarden, gebruikte zijn kennis en vertaalde vanuit het Latijn een complete liturgie naar het Nederlands. Een product dat later, toen hij het San Salvator koor in de Wijert (Groningen) onder zijn leiding had, ook aan het vinyl toevertrouwde. De man, helaas jaren geleden veel te vroeg overleden, was een ultieme levensgenieter die het serieuze van een koorleider en muziekdocent met het minder serieuze kon delen.

Zo leende hij, in stilte, een complete kapelaanuitrusting uit de pastorie en toog ermee naar de Korreweg om bij de familie Knot achter het huis, een nieuw straatje dat door de tweeling Knot was geplaveid, in te wijden. Mijn broer Egbert en ik noemden het speels de Sietse Koopmans Weg en – met wijwater en al – werd het pakweg acht meter lange straatje ingewijd.
De Katholieke Lust
Maar even terug naar de voor en tegenstanders van de veranderingen in de liturgie en het introduceren van jeugdkoren, die begeleid werden door popmuziek in de Katholieke Kerk. In een knipsel uit mijn archief vond ik dit: ‘Als ik naar de bioscoop ga verwacht ik geen mis of dienst op het doek en ook niet als ik ga dansen. Dus als ik na de kerk ga, ook geen halve show met dansen enzovoort. Ik ben zestien jaar en dus nog jong genoeg om het mooi te vinden. Of ben ik misschien té jong.’ Was getekend door ene R. Noordermeer uit Sassenheim.
Het stond trouwens opgetekend in de Katholieke Illustratie, een weekblad waarvan de redactie in die periode ook de meer vrijere vorm van journalistiek hanteerde. Hetgeen een lezer opriep de naam te verkorten gelijk aan de Revue, die tijdelijk de naam in Revu veranderde: ‘Ook de Katholieke Illustratie, die blijk geeft van een steeds moderner inzicht, kán en mág op dit gebied niet achterblijven. Deze naamsverandering zal uiteraard gepaard gaan met het verlies van meer dan één letter, maar het resultaat is de moeite ten volle waard. Wat denkt U van Katholieke Lust?’.
De ingezonden brief was verstuurd vanuit het zeer Katholieke Volendam. Een dorp waar men later dikwijls zou bewijzen wat ‘lusten’ letterlijk en figuurlijk betekent.