In de zomer van 1965 waren er twee films die bij het bioscooppubliek aansloegen. De veelal geroemde ‘Fanfare’ van Bert Haanstra was de eerste. In Groningen te zien in het Grand Theater aan de Grote Markt, terwijl de kopers van een kaartje ook nog eens aangenaam werden verrast omdat ook de door Haanstra geproduceerde documentaire ‘Glas’ werd vertoond. Gratis.
Deze kleurenfilm uit 1958 was de eerste Nederlandse productie ooit die een Oscar won. Inspiratie voor de elf minuten durende documentaire kreeg Haanstra toen hij in opdracht van een glasfabriek een voorlichtingsfilm: ‘Over glas gesproken’ draaide. Hij raakte zo onder indruk van het productieproces dat hij besloot een verkorte versie voor een breed publiek te maken. Hij vroeg Pim Jacobs de muziek te componeren, wat het totaal compleet maakte.
In een andere bioscoop, Camera, aan het Hereplein in Groningen, was op hetzelfde moment een showfilm te zien die vooral door jonge vrouwen werd bezocht en alom geroemd werd als een fonkelend dansfeest. De hoofdrollen in ‘Rozen voor Marika’ waren weggelegd voor Marika Kilius en Hans Jürgen Bäumler. Maar ook de in Duitsland immens populaire Peter Kraus speelde een belangrijke rol.
In de jaren voorafgaand waren Marika en Hans Jürgen vooral bekend geworden als ijsschaatspaar dat tussen 1958 en 1964 liefst vier keer nationaal kampioen van West Duitsland werd. Nog groter was het succes in Europa, waar ze zes keer de titel pakten. Met als trainer Erich Zehler, veroverden ze ook twee keer de wereldtitel ‘kunstrijden op de schaats voor paren’. De eerste was in 1963, maar had eerder gewonnen kunnen worden als de titelstrijd in 1961 niet was afgelast. Tijdens een vlucht van Sabena stortte een vliegtuig neer, met aan boord de Amerikaanse ploeg, hetgeen leidde tot afgelasting van de wereldkampioenschappen.
Ook op de Olympische Spelen, waaraan ze twee keer deelnamen, wonnen Marika Kilius en Hans Jürgen Bäumler even zo vaak een zilveren medaille. Zowel in 1960 als 1964 was dit het geval. De laatste medaille werd echter door het Internationale Olympische Comité weer afgenomen in 1966. Het was namelijk bekend geworden dat het paar al voor de Olympische Winterspelen van 1964 een contract had getekend om na de spelen commercieel op te treden in de Weense IJsrevue. Vele jaren later, in 1987, werden ze gerehabiliteerd door het IOC en kregen ze elk hun medaille terug.
Tijdens die kampioenschappen werd er met regelmaat, nog in zwart wit, verslag gedaan en werd er, waar men al een televisietoestel had, intens naar de Nederlandse televisie, die via Eurovisienetwerk verslag deed, gekeken. Vooral de successen van de Nederlandse Sjoukje Dijkstra en Joan Haanappel werden gretig gevolgd.
In ‘Rozen voor Marika’ trad ook het ballet van de Weense Staatsopera op, evenals de bekende flamengo danser Pedro Di Cordoba. Aangezien er bij ons thuis vaak naar de radioprogramma’s van Chris Howland werd geluisterd kenden we ook de muzikale successen van Marika Kilius en Hans Jürgen Bäumler. Een aantal kwamen in de showfilm voor. ‘Wenn die Cowboys träumen’, (een duet met Marika Kilius) ‘Honeymoon in St. Tropez’ andermaal een duet met Marika Kilius, ‘Wunderschönes fremdes Mädchen’ en ‘Sorry little Baby’ uit 1964. Het waren allemaal successen voor Hans Jürgen Bäumler. Een jaar later werd hij daarvoor onderscheiden met de Bronzen Leeuw, uitgereikt door de leiding van de Duitse service van Radio Luxembourg.
Groningen had nog meer bioscopen, zoals Luxor in de Heerestraat en de Beurs in de A-Kerkstraat. In deze laatste werden meer de derderangs films gedraaid, terwijl het eerder seksueel getinte genre er ook af en toe aan bod kwam. Mijn eerste film in de Groninger bioscopen moet in 1958 geweest zijn. Mijn moeder en mijn oudste broer Jelle waren een weekend naar onder meer de Heilige Landstichting in Nijmegen getrokken, vader had de ‘opdracht’ gekregen om de andere vier kinderen te vermaken. Met mijn acht jaar trokken we dus naar de bioscoop om er ‘Der Lachende Vagabund’ te zien met onder meer zanger Fred Bertelmann. Een artiest die ook vaak werd gedraaid in de programma’s van Radio Luxembourg.
Ik probeerde vervolgens dat station te zoeken toen ik stiekem aan de knoppen van de radio zat. Was dat misschien het begin van mijn grote liefde voor de radio? Deels, want mijn tien jaar oudere broer Jelle wist ons ’s avonds laat vaak warm te maken voor de uitzendingen van The American Forces Radio Network (AFN), dat in Groningen goed was te ontvangen via de zender vanuit Bremerhavn. Ons.., dat waren naast ikzelf ook nog mijn tweelingbroer Egbert.
http://www.youtube.com/watch?v=hXpyDQw6XCo