In het jaar dat in Nederland gevierd wordt dat het medium radio er een eeuw bestaat neemt Hans Knot je mee in een meerdelige reeks die enkele bijzondere facetten van die unieke geschiedenis opnieuw belicht. In dit dertiende deel gaat het over het opmerkelijke opvoeren van de zendkracht, overal in West-Europa, begin jaren 30.
Er kon altijd een kilowatt (en meer) bij
Net als in de vorige aflevering, blijf ik nog even hangen in de beginjaren 30. In Frankrijk werd een samenwerkingsverband gesloten tussen Radio Paris en de directie van de Opéra Comique, om in het seizoen 1931/32 tien voorstellingen uit te zenden. In de Nederlandse kranten werd dan weer gemeld dat er in Oostenrijk een nieuw radiostation zou worden gebouwd. De uit de kranten geciteerde berichtgeving is in de spelling van de dertiger jaren gebleven.

‘Over de plaats van den te bouwen nieuwen Weenschen zender bestaat nog onzekerheid. De met uiterste zorg verrichte metingen van ontvangststerkte in de verschillende gebieden hadden Bisamberg als de meest geschikte plaats uitgewezen, doch de militaire luchtvaartautoriteiten hadden aanvankelijk bezwaren hiertegen. Thans is deze aangelegenheid geregeld en zal de nieuwe zender toch te Bisamberg worden gebouwd. Men denkt op zijn vroegst einde 1932 met de eerste uitzendingen van start te kunnen gaan’.
Beloning voor prima concert
Maar ook in Nederland gebeurde één en ander, waaronder de mogelijk versterking van de bestaande zender te Huizen. De directie van de N.C.R.V. deed daarover enkele mededelingen in de geschreven pers. Men waarschuwde dat in verband met de versterking van de zender op 1875 meter; ‘Morgenochtend, woensdag 2 december, de programma’s deels komen te vervallen. In den tijd, dat niet zal worden uitgezonden, zal een nieuwe antenne worden gehesen’.
Het merendeel van deze berichtjes komen uit het Algemeen Handelsblad dat eveneens behoorlijk veel aandacht had voor radiostations uit het buitenland. Uiteraard werd het eigen Nederland nooit overgeslagen. Zo werd in de maand december van 1931 bekend dat er toestemming door de regering was verleend om de middengolfzender die op de 198 meter actief was, te versterken. Van 7 kW naar 20 kW. De A.V.R.O. was de eerste omroep die er gebruik van kon maken, met een programma rond het orkest van Kovacs Lajos.
Het bericht ging verder met: ‘De geregelde uitzendingen op den versterkten zender zullen geschieden na een aantal proefuitzendingen, waarvan die op donderdag de eerste is. Van volgende proefuitzendingen zal tijdig mededeeling worden gedaan. De A.V.R.O. houdt zich aanbevolen voor rapporten over de sterkte.’
De volgende dag schreef de krant: ‘Voor een uitverkocht huis heeft gisteravond Kovacs Lajos in Carré een concert gegeven, – een avond van meeslepende AVRO geestdrift, een groot succes voor den populairen radio-band en bijzondere toejuichingen voor den heer Vogt, die een toespraak hield, en voor de andere bekende AVRO-getrouwen.’ Vogt was trouwens dermate enthousiast over het optreden dat hij de orkestleden en een aantal AVRO-medewerkers uitnodigde voor een snoepreisje naar Kopenhagen. (Foto Freewave Nostalgie Archief, collectie Paul Snoek).
Duitsland, Italië en Oostenrijk doen mee
In Duitsland werd ook een uitbreiding van het zenderpark gemeld. In Trier zou een zender in gebruik worden genomen op dezelfde frequentie van het zendstation in Frankfurt. De pers publiceerde: ‘Er moet een kabel tusschen Frankfort en Trier gelegd worden, die eerst in den zomer van 1932 gereed zal kunnen komen, zoodat het in bedrijf nemen van den zender te Trier niet voor den a.s. zomer is te verwachten. De nieuwe zender zal een vermogen van 2 kW verkrijgen. Om onnoodige kosten en vertraging in den bouw te vermijden, zal de oude zender te Leipzig, die door een nieuwe wordt vervangen, naar Trier worden overgeplaatst.’
In Italië kon een nieuwe zender in december 1931 wel worden aangezet getuige het volgende bericht: ‘De nieuwe Italiaansche zender te Florence is thans zoover gevorderd, dat dezer dagen met proefuitzending kan worden begonnen. Het zendvermogen van Radio Firenze, zoals de Italiaansche naam luidt, bedraagt 30 kW. Hoewel aanvankelijk, met het oog op de bergachtige streken in de omgeving, een lange golflengte was gekozen als die van Königswusterhausen, heeft men hiervan moeten afzien, omdat Italië volgens het Prager Plan niet over een dergelijke golflengte beschikt.’
Radio Firenze zond uit via de 501,7 meter en was door een kabel verbonden met Milaan, Turijn, Genua en Roma-Napoli, van waaruit de programma’s werden uitgezonden.
Op zaterdag 5 december 1931 was er een herdenking via de zogenaamde Weernsche zender. Een speciaal programma ter herdenking van de sterfdag van Mozart, 140 jaren eerder, uitgezonden. Het Algemeen Handelsblad meldde daarover: ‘Van het sterfhuis van Mozart uit wordt de aldaar door de Wiener Akademischen Mozart-Gemeinde gehouden plechtigheid uitgezonden. De directeur van het Salzburger Mozartmuseum dr. Bernhard Paumgartner, houdt een rede en heeft daarna de regie van het hoorspel ‘Aus Mozarts letzten Tagen’, dat ook door de Duitsche zenders zal worden uitgezonden. Daarop volgt de uitzending van Mozart’s opera ‘Titus’.
Het toch nog redelijke nieuwe medium radio in 1931, werd – over de landsgrenzen heen – overal in de gedrukte pers op de voet gevolgd.