Het lijkt ons een prima datum om als RadioVisie vandaag te fulmineerden tegen de plannen van de Vlaamse Overheid om dit deeltje van de wereld te verblijden met slechts twee landelijke commerciële radio’s, eindeloos verdeeld over ontelbare frequenties. Een typischer voorbeeld van ‘iemand blij maken met een dode mus’, kan haast niet. Steevast hanteert de overheid daarbij de stelling dat het technisch onmogelijk is om meer stations een kans te geven. Bij ons roept dat een zwaar déjà vu effect op.
Nederland nam bocht van 180°
Als we de blik op Nederland richten, merken we dat ook daar de overheid twee keer eerder, in de eerste helft van de jaren zeventig en twintig jaar later nog eens, dezelfde reden aanhaalde om geen verantwoordelijkheid te moeten opnemen en de bestaande nationale omroepstructuur onterecht te blijven beschermen. Maar bij de buren is inmiddels veel veranderd. In het voorjaar 2001 worden er voor het eerst zowel midden- als FM-frequenties geveild nadat al jaren diverse commerciële stations bijna landelijke dekking hebben, dit naast tientallen regionale en lokale omroepen. Zowel publieke als commerciële. Blijkbaar is er in de Nederlandse ether nu plaats teveel.
De man die weet waarover hij praat
Toeval wil dat Robert Briel zeer onlangs een scherp stuk schreef in het Veronica Magazine dat de hypocrisie van de oude stelling ‘er is geen plaats’ toelicht. De parallel met Vlaanderen is treffend! Robert Briel (52) was ruim twintig jaar hoofdredacteur van het Veronica Magazine, oprichter van Veronica Satellite en betrokken bij de opzet van Veronica Internet. Sinds begin 1998 was hij werkzaam als zelfstandig consultant, onder meer voor Bookmark, een bedrijf dat zich bezig houdt met ‘new marketing’. Daarnaast was hij actief als auteur voor diverse media vakbladen, onder meer voor Broadcast Magazine en Engelstalige bladen als TV Express, Cable & Satellite Europe en TBI. Op 17 januari 2000 werd hij benoemd tot Head of International Press & PR bij UPCtv.
De overheid is niet eerlijk
Dat de Nederlandse overheid geld wil zien voor het gebruik van etherfrequenties door commerciële radiostations, is begrijpelijk. De manier waarop roept echter de nodige vragen op. Toen de zeezender Radio Veronica in 1974 de ether uit moest was er geen plaats voor commerciële radiostations, aldus de overheid. Toen eind jaren tachtig zenders als Sky Radio en Radio 10 via de kabel begonnen was er ook geen ruimte in de ether, aldus diezelfde overheid.
De jaren daarna zagen we een juridisch slagveld, waar in de eerste plaats de legaliteit van deze zenders werd bepaald. Vervolgens moesten zij ook een plek in de ether bevechten. Toen de overheid niet meer kon volhouden dat er geen ruimte was, werden de beschikbare frequenties toegewezen maar vielen de populaire zenders buiten de boot, waaronder Sky Radio. Een nieuwe gang naar de rechter zorgde ervoor dat de door de overheid afgekeurde zenders in de ether kwamen. Wederom kon men aantonen dat er nog meer ruimte in de ether was.
Brutale jongens afstraffen?
De afgelopen jaren zijn er door technische experimenten nog meer frequenties vrijgekomen zodat Nederland nu een heel scala aan landelijke, regionale en lokale commerciële zenders kent. Dit in weerwil van het beleid van de overheid. Nu commerciële radio door de overheid niet meer weg te halen is, is er wat nieuws bedacht: een veiling van de etherfrequenties. Het heeft er alle schijn van dat de veiling nu gebruikt wordt om de ‘brutale jongens’ van weleer af te straffen. Dit lijkt me niet direct een uitgangspunt voor de creatie van een veelzijdig radio-aanbod. En het is al helemaal niet een brug naar de toekomst van de radio, die digitaal heet.
Robert Briel